Bestuurlijke boete
De bestuurlijke boete kan de gemeente opleggen aan inwoners die bewust de gemeente niet informeren over wijzigingen in hun persoonsgegevens.
Elke gemeente houdt persoonsgegevens bij over haar inwoners in de Basisregistratie Personen (BRP). Deze gegevens worden gebruikt door vele (overheids-)instellingen. Zo hoeft u niet overal de wijzigingen in uw gegevens door te geven. Een wijziging zoals een verhuizing geeft u door aan de gemeente. In de Wet Basisregistratie Personen zijn de verplichtingen die u als burger heeft, opgenomen. De gemeente kan u een bestuurlijke boete opleggen als u bepaalde verplichtingen niet nakomt.
De gemeente kan u een bestuurlijke boete opleggen als u onderstaande verplichtingen niet nakomt:
- Aangifte van vestiging uit het buitenland: uiterlijk de 5e dag na de dag van vestiging in Nederland. De verwachting moet zijn dat u tweederde van de tijd in het komende halfjaar in Nederland gaat verblijven. U moet bij de aangifte uw identiteit aantonen.
- Aangifte van adreswijziging (verhuizing) binnen Nederland: niet eerder dan 4 weken voor de verhuizing en uiterlijk de 5e dag na de dag van verhuizing.
- Aangifte van vertrek naar het buitenland als u gedurende een jaar langer dan acht maanden buiten Nederland verblijft: niet eerder dan 5 dagen voor het vertrek en uiterlijk op de dag van het vertrek. Blijft er iemand op uw adres wonen? Dan moeten alle personen die vertrekken, persoonlijk aan de balie verschijnen. De gemeente kan u de verplichting opleggen om informatie te geven over uw aangifte, om documenten te overleggen of om zelf persoonlijk te komen aan de balie.
- U bent verplicht alle feiten die in het buitenland hebben plaatsgevonden over uw persoonlijke staat te melden bij de gemeente. Daarbij gaat het om gegevens over uw naam, uw ouders, uw kinderen of gegevens over huwelijk of geregistreerd partnerschap. Gegevens over geboorte, huwelijk, etc. in Nederland worden door de burgerlijke stand doorgegeven aan de basisregistratie.
- Ook kan het zijn dat dat de gemeente u oproept om informatie te geven over het overlijden van een nauw familielid. De gemeente kan u verplichten om documenten over deze zaken te overleggen. De informatie uit deze documenten zijn van belang voor het bijhouden van de persoonsgegevens in de basisregistratie.
- De verplichtingen zoals genoemd gelden ook voor ouders en verzorgers van minderjarigen, waarbij gesteld kan worden dat jongeren van 16 of 17 jaar ook zelf hun verplichtingen mogen nakomen.
Als u een verplichting niet nakomt, riskeert u een boete. Als het gaat om een verplichting tot het doen van aangifte van vestiging, verhuizing of vertrek, zal de gemeente eerst proberen contact met u op te nemen, zodat zij u kan wijzen op de aangifteplicht. Blijft u in gebreke, dan loopt u kans een boete te krijgen.
Als de gemeente u verplicht om bijvoorbeeld een akte uit het buitenland te overleggen of persoonlijk langs te komen om informatie te geven voor het bijhouden van de basisregistratie, en u komt die verplichting niet na, ook dan kunt u een boete verwachten.
Een bijzondere bepaling in de wet is opgenomen voor iemand die bewust toelaat dat een ander op zijn woonadres is ingeschreven, terwijl hij weet dat dat niet juist is. Bijvoorbeeld door een verklaring van bewoning af te geven zodat die ander een frauduleuze aangifte van verhuizing kan doen. Beide personen zijn dan in overtreding en de gemeente kan beide personen een bestuurlijke boete opleggen.
De gemeente mag niet zomaar een boete opleggen. Als zij van mening is dat u een verplichting niet bent nagekomen, zal dat moeten blijken uit bij de gemeente beschikbare informatie. Die informatie moet niet alleen aantonen dat u de verplichting niet bent nagekomen, maar ook dat dit aan u verwijtbaar is. Als aan u een bestuurlijke boete is opgelegd, kunt u daartegen bezwaar maken. U moet uw bezwaarschrift binnen 6 weken indienen bij het college van burgemeester en wethouders. De gemeente zal uw bezwaarschrift behandelen en besluiten of dit gegrond is of niet. Indien gegrond, kan de boete worden ingetrokken. Indien niet gegrond, blijft de boete staan maar kunt u wel in beroep gaan bij de bestuursrechter.
De hoogte van de boete kan variëren, maar is maximaal € 325,-.